Home | Gastenboek | Over ons |

Panamericana   Eurazie   Voorbereidingen   Projekten   Het voertuig  
Nederlands   English

Our route - I:

28.10.03:
  • Amritsar

    29.10.03:
  • Pathankot

    30.10.03 - 31.10.03:
  • Dharamsala

    01.11.03 - 03.11.03:
  • Rewalsar

    04.11.03:
  • Mandi

    05.11.03 - 07.11.03:
  • Manali

    08.11.03:
  • Mandi

    09.11.03 - 11.11.03:
  • Shimla
  • Naldhera

    12.11.03 - 17.11.03:
  • Delhi

    18.11.03:
  • Neemrana

    19.11.03 - 21.11.03:
  • Jaipur
  • Amber

    22.11.03 - 25.11.03:
  • Pushkar

    26.11.03:
  • Ajmer

    27.11.03 - 28.11.03:
  • Jodhpur

    29.11.03:
  • Ranakpur

    30.11.03 - 02.12.03:
  • Udaipur

    03.12.03 - 07.12.03:
  • to Goa

    08.12.03:
  • Panjim/Panaji

    09.12.03 - 14.12.03:
  • Mandrem

    14.12.03 - 15.12.03:
  • Candolim
  • Panjim/Panaji

    16.12.03 - 04.01.04:
  • Agonda

    05.01.04 - 06.01.04:
  • Panjim/Old Goa

    07.01.04 - 12.01.04:
  • Hampi

    13.01.04 - 14.01.04:
  • Bijapur

    15.01.04 - 17.01.04:
  • Ellora

    18.01.04 - 20.01.04:
  • Ajanta

    21.01.04 - 22.01.04:
  • Indore

    23.01.04 - 24.01.04:
  • Orchha

    25.01.04 - 28.01.04:
  • Khajuraho

    29.01.04:
  • Chitrakut

    30.01.04 - 05.02.04:
  • Varanasi



    Onze route - II:

    03.04.04:
  • Banbassa

    04.04.04 - 06.04.04:
  • Delhi

    07.04.04 - 08.04.04:
  • Amritsar

  •   India
    Op deze pagina beschrijven we onze ervaringen in India. Naast ons reisverslag vind je hier een aantal links naar informatieve sites, variërend van algemene informatie tot de adressen van de ambassades.

    Inhoud:

  • Deel 1: Noord-west India (28.10.03 - 24.12.03)
  • Deel 2: Centraal India (25.12.03 - 14.02.04)


    Deel 1: Noord-west India (28.10.03 - 24.12.03)

    Geschreven door: Dorrit

    Amritsar De grensovergang duurde de hele ochtend en was een hongerige aangelegenheid, want in Pakistan was die dag de Ramadan begonnen en dus kregen we er niets te eten. India lijkt zo op het eerste gezicht erg op Pakistan: waterbuffels in de velden of in de sloot langs de weg, beetje chaotische stofdorpjes met kleine, overvolle stalletjes langs de hoofdstraat en een bonte menigte mensen. Een opvallend verschil is de hoeveelheid vrouwen op straat en de prachtige felgekleurde sari's die ze aanhebben. Hier mogen vrouwen weer fietsen, brommer of auto rijden en doen dat ook massaal. De mannen dragen geen wijde slobberpakken maar westerse kleren. Hier in het Indische deel van Punjab wonen vooral Sikhs (de Sikh-religie is een soort mengvorm van Hinduisme en Islam volgens de reisgids), herkenbaar aan de felgekleurde tulbanden en ongeknipte haren en baarden.

    Amritsar In Amritsar lopen dan de eerste koeien op straat en grazen met hele kuddes wilde varkens tussen de hopen vuilnis aan de kant van de weg. We nemen een fiets-rikshaw naar het centrum en staan doodsangsten uit in het chaotische verkeer. De bestuurder is te stoned om nog ergens van te schrikken en keuvelt ondertussen gezellig over de geneugten van het "ganji" roken. Desondanks komen we heelhuids aan en bekijken de gouden tempel, het belangrijkste heiligdom van de Sikhs. Statige witte paleizen met uivormige koepels liggen in een vierkant om een groot kunstmatig meer, in het midden ligt op een eiland de fantastisch mooie gouden tempel. De wanden zijn weliswaar "slechts" met koper beslagen, maar het dak is met echt goud bedekt. Een 60 meter lange marmeren steiger leidt de pelgrims naar de tempel, waar het heilige boek der Sikhs bewaard wordt. Bij de drempel is er een hoop drukte, want iedereen moet knielen en de drempel kussen. Dat hebben wij maar gelaten. Mannen met lange witte baarden zingen voor uit het heilige boek, terwijl de pelgrims voorbij schuifelen. Weer buiten wil een Indische familie met ons op de foto, niet de laatste keer in India dat ons dat gebeurt: de volgende dag worden we er door een andere Indier zelfs voor meegenomen naar een fotostudio, Maximaaah!

    Dharamsala De rit naar Dharamsala, waar de Dalai Lama huist, voert door een prachtig groen heuvellandschap, met bananenbomen, felgekleurde bloemen en groepen wilde apen langs de weg. Langzaam gaat het heuvellandschap over in de Himalaya, op de achtergrond zien we al de eerste witte bergtoppen. De laatste 20 km naar Dharamsala gaan 2000 m steil omhoog over een serpentineweg die ca. 2 meter breed is. In het gehucht MacLeodganj, waar het klooster zich bevindt, zit het vol met vage blowers met dreadlocks die zichzelf zoeken. Ook zien we leprose bedelaars zonder vingers of zelfs zonder onderarmen. We bekijken het Buddhistische klooster, dat erg nieuw (1989) en erg leeg is. De Dalai Lama is niet thuis, wel zien we veel in rood-gele lappen gehulde Tibetaanse monniken met kaalgeschoren hoofden. De muurschilderingen in de tempel zijn ware kunstwerken in miniatuur: Chinees uitziende draken, goden en Buddha's in de mooiste kleuren en tot in de fijnste details uitgewerkt. We gaan ook nog even langs bij een kerkje uit de Engelse koloniale tijd, de "St. John in the wilderness Church", wat genoeg zegt over hoe de Engelsen in die tijd tegen de Indiers aankeken...

    In dit gebied (Himachal Pradesh) zijn de wegen erg smal, de bochten erg scherp en de buschauffeurs erg suicidaal. Je moet dus vreselijk voorzichtig rijden en als je 7 uur op een dag rijdt, mag je blij zijn als je 70 km hebt kunnen afleggen die dag. Maar het is er wel prachtig mooi en je verveelt je geen seconde. We passeren alpine naaldwouden, terrasvormige akkertjes waar ossen voor de handploeg lopen, vrouwen in felgekleurde sari's die onder een bord "men at work" aan de weg werken - met zand slepen of stenen sjouwen is hier vrouwenwerk - en kleurrijke winkeltjes in kleine bergdorpjes. We passeren twee Zwitsers, Urs en Denise, die van Zwitserland naar India gefietst zijn en nog tot Delhi willen doorrijden. We hadden beide al van elkaar gehoord via andere reizigers, dus het was erg leuk elkaar eindelijk eens te ontmoeten!

    Kulu In het kleine bergdorpje Rewalsar liggen rond een bergmeertje een Hinditempel, een Sikh tempel en een Buddhistisch klooster gebroederlijk naast elkaar. We parkeren de auto bij de Sikh tempel en na een ronde met de honden gelopen te zijn gaan we even wat eten. Omdat we het zielig vinden de honden steeds in de auto te laten maken we ze aan de auto vast, zodat ze een beetje kunnen spelen. Als we na een kwartiertje weer terugkomen vinden we alleen nog Shimal naast een lege riem. We gaan meteen op zoek naar Joenoeb, kammen het hele dorp uit en vragen iedereen. Uiteindelijk weet een man te vertellen dat hij een 13-jarige jongen met de hond in een taxi heeft zien stappen, maar niemand weet welke taxi en waarheen. We rijden nog alle wegen vanuit het dorp af, maar geen spoor van Joenoeb. Tijdens het zoeken in het dorp de volgende dag wordt tot overmaat van ramp Shimal nog door een zwerfhond aangevallen, zodat we met hem naar de dierenarts moeten om de bijtwond te laten hechten. Twee aardige Denen die met een VW LT naar India zijn gereden en zich in Rewalsar hebben gevestigd nodigen ons voor het eten uit en beloven naar Joenoeb uit te kijken. De kans dat de jongen met de hond naar Rewalsar terugkomt is echter heel klein. Na twee dagen zien we in dat verder zoeken geen zin meer heeft en verlaten Rewalsar, met pijn in ons hart.

    Kulu We rijden terug naar Mandi en overnachten daar aan het begin van het Kulu-dal. Een mooie rit, maar we kunnen er niet echt van genieten.
    Het Kulu-dal is fantastisch mooi; een smalle kloof waar bijna verticale bergwanden, begroeid met palmen en ander groen, aan weerskanten van de Kulu-rivier omhoog rijzen. Verder naar het noorden wordt de begroeiing meer zoals bij ons in Noord-Europa, met onderaan de oevers loofbomen in herfstkleuren, erboven donkergroen naaldwoud en daarboven kale bergtoppen, sommigen al met de eerste sneeuw. Bovenaan het dal ligt Manali, een groezelig dorp vol grauwe betonhotels dat zijn omgeving geen eer aandoet. Aan de rand van het dorp "wonen" de kastenlozen. Voor hun hutjes van vuilniszakken, zwerfhout en afval zitten arme zielen in lappen gehuld om een vuurtje te kleumen. Het is hier overdag weliswaar rond de 25°C maar 's nachts ligt de temperatuur al rond het vriespunt. De meeste hutjes staan in de rivierbedding aan de rand van het water, omdat deze mensen ("onaanraakbaren") niet in het dorp mogen wonen en geen gebruik van de waterput mogen maken. Officieel is het kastestelsel verboden, maar in de praktijk blijkt het nog springlevend te zijn! Ik duik in de kledingkast en stop alles wat we niet dringend nodig hebben in een grote tas, die we de volgende dag een moedertje bij zo'n sloppenhutje in de hand drukken. Bij een van de andere hutjes hebben ze een nest puppies. Als we Shimal nog aan een andere hond willen laten wennen moeten we snel zijn, dus nemen we een vrouwtje dat we heel origineel Manali noemen. De "eigenaren" waren dolblij het beest niet op straat te moeten zetten en bedankten ons uitbundig dat we haar meenamen.

    Humayun's tomb in Delhi Tijdens de rit naar Delhi is er weer van alles te zien op de snelweg: we passeren groepen apen, een Indier op een olifant, kamelenkarren, een Indier op een brommertje die een bundel ijzeren staven van 2,5 meter (!) op zijn schouder vervoert, kortom: alles lijkt weer te zijn toegestaan hier.
    De eerste indruk van Delhi is niet bepaald uitnodigend: links van ons een pikzwarte rivier - zwart van het katoenbleken horen we later - die stinkt naar open riool en chemie. Rechts van ons op een verhoging grauwe betonflats, eronder modderoevers rond een stinkende poel vol gifgroene algen. In de modder scharrelen schurftige zwerfhonden en reusachtige varkens tussen sloppenhutjes. Kinderen die eruit zien alsof ze nog nooit zijn gewassen lopen van auto naar auto en bedelen. Dit zijn duidelijk de armste wijken van Delhi. Als we verder de stad inrijden wordt het dan ook zienderogen rijker, groener en vooral schoner. Wel hebben we overal in de stad pijn in onze ogen, neus en keel van de dikke blauwe walm van uitlaatgassen; er zijn meer dan 2 miljoen auto's in Delhi! Elke straat is tot de nok toe gevuld met verkeer, koeien lopen kris-kras tussen de auto's door en bedelaars kloppen op je raam elke keer als je stilstaat. In Delhi moeten er 3 campings zijn, en het kost ons een hele dag en een jaar van ons leven om ons van de ene intussen gesloten camping naar de volgende te wurmen.
    Neemrana fort Uiteindelijk geven we het op en rijden naar de schone, groene en rustige diplomatenwijk in New Delhi waar Panca en Seth, vrienden van Roel, wonen. We voelen ons een beetje opgelaten dat we twee dagen voor Roos en Roel (zus en zwager van Coen) aankomen al bij ze op de stoep staan, maar zijn echt gesloopt na een dag rijden in Delhi. We werden echter erg hartelijk ontvangen en hebben de rest van de avond gezellig zitten bieren bij ze.
    De volgende twee dagen met de rikshaw naar het centrum gegaan en een beetje in Delhi rondgekeken. Als je niet zelf hoeft te rijden is de stad een stuk leuker! We worden door Panca uitgenodigd voor een avondje Nederlands voetbal kijken bij Nederlandse vrienden en zitten ineens midden in Delhi aan de borrelnootjes en het Heineken bier! Om 22:30 uur landen Roos en Roel en we kletsen lekker bij tot een uur of twee 's ochtends.
    De volgende dagen bekijken we Delhi, laten ons op een fiets-rikshaw door de smalle bazaarstraatjes van oud-Delhi rijden en bekijken het gewriemel van de massa's op de zondagsmarkt. Hier kun je zelfs je oren laten schoonmaken: we kijken toe hoe een man met een klein lepeltje het oor van een andere man zit leeg te lepelen. Getver!
    Van de vele attracties die Delhi te bieden heeft zijn er - naast het rode fort - twee echt aan te raden: de vrijdagsmoskee en het mausoleum van Humayun, dat als voorbeeld voor de Taj Mahal heeft gediend.

    Het aanzoek Onderweg van Delhi naar Jaipur overnachten we in het gehucht Neemrana, waar een prachtig Maharaja-fort in Moghul stijl ligt. Het fort met zijn tientallen erkertjes, torentjes, patio's en houtsnijwerken balkonnetjes is nu een luxe hotel met marmeren zwembad, sauna en restaurant.
    Heel romantisch vraagt Roel hier in het prieeltje van het hoogste torentje Roos ten huwelijk, die natuurlijk ja zegt. Dat hebben we gevierd met Champagne.
    Ze zijn van plan volgend jaar in augustus te trouwen. Hoera!

    De "roze stad" van India, Jaipur, wordt zo genoemd omdat heel de oude binnenstad uit rozerode zandsteen gebouwd is. Het beroemdste gebouw van Jaipur is ongetwijfeld het "Paleis der Winden", een metershoge facade met 125 kleine raampjes, waardoor de hofdames vroeger de parades beneden op straat konden zien zonder zelf gezien te worden. Van voren lijkt het een echt paleis, maar als je achterom loopt zie je dat het niet meer dan een gevel is! Minder beroemd, maar zeker zo mooi is het stadspaleis van Jaipur, dat nog steeds door de maharaja-familie bewoond wordt. Een deel is voor het publiek toegankelijk en bevat o.a. prachtige gebouwtjes uit marmer-filigraan, de grootste zilveren vaten ter wereld (hiermee vervoerde de maharaja Ganges-water tijdens een trip naar Engeland, omdat hij het Engelse water niet vertrouwde) en schitterende muurschilderingen. We lopen terug naar het hotel via de drukke bazaar en kopen wat souvenirs in. Op straat rollen kamelenkarren voorbij en zien we prachtig beschilderde olifanten. Paleis der Winden - Jaipur Op de stoep zitten slangenbezweerders met cobra's in een mandje, die ze voor geld laten dansen.
    Hier in Jaipur gaan we ook naar de bioscoop voor een heuse Bollywood-produktie. De filmstudio's in Bombay draaien schijnbaar meer omzet dan die in Hollywood en hun films zijn reuze populair in India. De film is in het Hindi en heeft geen ondertiteling, maar het verhaal is dusdanig simpel dat je het ook zo begrijpt en leuk vindt.
    Vlak bij Jaipur bezoeken we nog het fort van Amber, een van de grootste forts in de deelstaat Rajasthan. Met z'n vieren nemen we een olifant omhoog, erg leuk tot ik zie hoe de olifant met een soort vishaak tot bloedens toe in zijn oren wordt geprikt bij wijze van aansporing.

    Jaipur Volgend station is Pushkar, waar jaarlijks de grootste kamelenmarkt van India wordt gehouden. Die was helaas net afgelopen, waardoor we er niet veel meer van meekregen dan de enorme hoeveelheden afval die waren achtergebleven. Hoewel Pushkar maar een heel klein dorpje is, zijn er meer dan 400 tempels rond een heilig meer, en brede trappen waar de pelgrims zich kunnen wassen. Hier doen we in de vroege ochtenduurtjes een drie uur durende kamelentocht door de woestijn. Het op- en afstappen is wat moeizaam, - het lijkt net een gigantische accordeon die wordt ingeklapt, eerst steil naar voren, dan steil naar achteren - maar als je er eenmaal opzit is het net paardrijden op een heel hoog paard met een hele lange nek. Midden in de woestijn stoppen we om de zonsopgang over de zandduinen te zien, daarna gaat het door een prachtig steppegebied weer terug richting het dorp. Het dorre gras wordt af en toe afgewisseld met enorme bomen vol lianen en apen, onderweg schrikken we een kudde grazende emoes op die voor ons uit wegrennen.
    De laatste dag met Roos en Roel samen brengen we in een luxe hotel aan de zwembadrand door, heerlijk ontspannen. In Ajmer hebben we ze op de trein richting Delhi gezet, van waar ze het vliegtuig terug naar huis nemen. Het waren twee leuke weken!

    Jodhpur Jodhpur is de "blauwe stad" van India, omdat alle huizen er blauw geverfd zijn. Oorspronkelijk was blauw de kleur van de hoogste kaste, de Brahmanen, die hun huizen in die kleur verfden als statussymbool. Intussen zijn bijna alle huizen in het oude centrum blauw, wat er prachtig uitziet vanaf het fort op de heuvel. De mensen zijn er fantastisch gekleed, in de meest felle sari's of tulbanden. Vrouwen hebben vaak een enorme neusring, die met een gouden ketting met de oorring verbonden is. Meerdere mensen proberen ons aan te raken, een vrouw knijpt in mijn arm, geeft een verschrikt gilletje en rent gauw weer weg. Later komt ze terug en doet hetzelfde bij Coen. Vreemd. Veel mensen staren naar ons, hoewel hier toch volgens mij best wel vaker toeristen komen.
    Net als in de andere steden in India zien we ook hier veel armoe: 's avonds liggen de stoepen vol met daklozen die niet genoeg geld hebben om in de sloppenwijken te kunnen wonen en magere, vuile zwerfkinderen cirkelen om je heen voor geld.

    In Ranakpur gaan we naar de Jain-tempels. Jainisme is een afsplitsing van het Hinduisme en grof gezegd vergelijkbaar met het Buddhisme. Al het leven is heilig en dus dragen de monniken mondkapjes om niet per ongeluk een insect in te ademen en hebben een bezempje bij zich waarmee ze de weg voor zich schoonvegen om niet per ongeluk een mier dood te trappen. De tempels zijn van buiten net Hindutempels, maar van binnen helemaal in marmerfiligraan uitgevoerd. Tot nog toe - naast de gouden tempel in Amritsar - een van de mooiste gebouwen die ik in India heb gezien. Ontelbare figuren zijn tot in de fijnste details in het marmer uitgesneden, elke centimeter van de tempel is ermee bedekt.

    Citarspeler Udaipur is de laatste stad die we in Rajasthan en vóór Goa bekijken. Het voornaamste doel is eigenlijk het stadspaleis, maar dat hebben we niet gehaald in de twee dagen dat we er waren. Deels omdat de rest van de stad met zijn marktjes en terrasjes zo leuk was, deels omdat we intussen al aardig verzadigd zijn wat forts en paleizen in Rajasthan betreft. 's Avonds hebben we heerlijk romantisch gegeten in restaurant Ambrai met uitzicht over het spiegelgladde meer en het prachtig verlichte stadspaleis. Een deel van de James Bond film Octopussy is hier gefilmd en dus kun je hier in elk restaurant en elk hotel Octopussy zien.

    Vanuit Udaipur rijden we in één stuk naar Goa, een helse rit van 5 dagen à 8 uur per dag, die - afgezien van de betel-kauwende vrachtwagenchauffeurs die het allemaal op ons leven gemumd leken te hebben - vooral saai en heet was. Omdat er over de eerste 600 (!) km aan de weg werd gewerkt, ging het allemaal maar tergend langzaam en stonden we veel in de file. Vanaf de tweede rijdag wordt Manali ziek, ze eet niet meer, geeft over en is aan de diarree. Wat we haar ook voorzetten, ze draait zich er vol walging vanaf. Als we de dag erop eindelijk in de eerste badplaats in Goa aankomen poept ze alleen nog maar bloed. Snel naar Goa's hoofdstad Panjim (ook wel Panaji genoemd) gereden en daar de dierenarts opgezocht, die speciaal voor ons een plekje vrijmaakt op zijn vrije zondagavond. Hij geeft haar een infuus en zegt dat ze Parvo-virus heeft. Deze ziekte (je kunt je hond er pas vanaf 3 maanden tegen inenten) is dodelijk en resistent tegen alle antibiotica, maar hij beweerde al meerdere honden gered te hebben. En daarom gaan we de hele volgende week braaf elke dag een infuus bij hem halen. Intussen is Shimal ook ziek geworden, want Parvo is erg aanstekelijk, en moet hij ook elke dag aan het infuus. Wat een ramp. Manali is nog een schaduw van wat ze was en meerdere keren hebben we gedacht dat haar laatste uurtje geslagen had. Maar de dierenarts krijgt gelijk en na een week infuus, strand en frisse zeelucht komen ze er langzaam weer bovenop!

    Agonda, Goa Goa is fantastisch mooi, met zijn jungle, zijn kokospalmplantages, zijn blauwe riviertjes met kleine houten vissersbootjes en vooral zijn schone stranden aan de Arabische zee. De kokospalmen groeien tot aan het strand en op meerdere plaatsen kun je met je camper tot aan de rand van het strand rijden en daar kamperen. In de dorpjes spelen kinderen cricket onder de palmen, doen vrouwen de was aan de waterpomp of lopen met waterkruiken op hun hoofd langs de straat. Mannen in alleen lendelapjes lopen achter hun ossenspan door de natte rijstvelden en tandeloze oude mensjes zitten op de stoepjes voor hun huizen het dorpsleven te bekijken. Sommige dorpjes zijn helaas wat verziekt door het toerisme, daar is het dan heel vies en zijn er alleen nog maar toeristenwinkeltjes met opdringerige verkopers die allemaal hetzelfde verkopen.
    De deelstaat Goa was tot 1961 een Portugese kolonie en lijkt weinig op de rest van India. In plaats van Hindu-tempels overheersen hier Zuid-Europees aandoende katholieke kerken, in de straatjes van Panjim met zijn mediterrane geveltjes waan je je eerder in Portugal dan in India en veel mensen hebben met het aannemen van het katholieke geloof 500 jaar geleden ook Portugese namen aangenomen. Veel "Goanen" zijn erg trots op hun Portugese verleden en verlangen terug naar de tijd dat Goa nog Portugees was.

    De dierenarts, Gustavo do Pinto, is een hele aardige man en we trekken de rest van de week een beetje met hem op. Doordeweeks heeft hij zijn praktijk in het badplaatsje Mandrem, een door het toerisme nog redelijk onontdekt oord met prachtig strand, waar we onder de kokospalmen parkeren. Hier zien we bij een van de strandtentjes ook voor het eerst de beruchte varkenstoiletten: de afvoer van het toilet loopt direkt in een trog aan de achterkant van het toiletgebouwtje en de varkens slobberen alles op wat daar in loopt. Getverdemme!
    We lopen een dagje mee met de dokter tijdens zijn ronde door het dorp, waar we bij primitieve boeren met kleivoeten, gekleed in niet meer dan lendelapjes, in de hutjes gaan kijken of een van hun drie koeien zwanger is, om verbanden te verversen of om medicijnen uit te delen. De dokter wordt door iedereen op handen gedragen, mensen komen zelfs aangerend om zijn koffer te mogen dragen.

    ER, starring dr Gustavo and his lovely assistant dr Coen De dag erop assisteren we hem in zijn kliniek bij het steriliseren van een Duitse herdershond. Op de een of andere manier wist hij precies welke stukjes hij weg moest knippen van de bloederige kipfilet die daar uit de buik van de hond kwam blubberen. Wij houden de tangetjes vast, deppen wat bloed en letten op of de hond niet per ongeluk bij komt.
    In een van de beach resorts in Mandrem ontmoeten we Louis en Daniella, een Brits stel dat 6 jaar geleden met een landrover overland van Londen naar Sydney gereden is. Ze hebben in Mandrem een bar opgezet, maar moesten wegens familieomstandigheden terug naar Londen en hadden net die dag hun bar verkocht. Het zijn onwijs gezellige mensen met wie we de dagen erop veel tijd hebben doorgebracht.
    De avond voor Coen's 30e verjaardag komt Gustavo met zijn familie (moeder, vrouw en 4 dochters, 3 puppies en 1 katje) BBQ-en bij de camper, de volgende ochtend nodigen ze ons uit voor de lunch en gaan we met z'n allen zwemmen. 's Middags zijn we door Louis en Daniella uitgenodigd voor een cocktail aan het zwembad van het duurste hotel van Goa, waar ze voor de laatste dagen in India een kamer hadden genomen. 's Avonds nemen ze ons mee uit eten, cadeautje ter ere van Coen's verjaardag. Onwijs aardig. Jammer dat we niet meer tijd met elkaar hebben kunnen doorbrengen.

    Agonda, Goa Via Panjim rijden we naar Agonda, het overlander-strand in zuid-Goa. Een fantastisch mooi strand in een baaitje dat zó in de Bounty-reclame kan. We parkeren onder de kokospalmen aan de rand van het strand, hangen onze net gekochte hangmat op en doen de komende twee weken niets! Af en toe klimt er een Goaan in de palmen om kokosnoten te oogsten, die je kunt kopen. En daar liggen we dan in de hangmat, met uitzicht op de ondergaande zon over de zee, drinken melk direkt uit de kokosnoot of mixen een pinha colada en luieren lekker voor ons uit. Vissers komen langslopen en verkopen vers gevangen vis, die we op de braai gooien en af en toe doen we boodschappen in het stadje 10 km verderop. We hebben een scooter gehuurd en passen daar precies met z'n vieren op; de hondjes tussen ons in op het zadel. Morgen en overmorgen vieren we hier kerst, een heel andere kerst dan we ooit gevierd hebben!

    We wensen iedereen een hele fijne kerst en een gelukkig 2004!

    Dorrit

    Deel 2: Centraal India (25.12.03 - 14.02.04)

    Geschreven door: Coen

    Het is even geleden maar we willen julllie onze verdere belevenissen in India en Nepal niet onthouden.
    Onze kerstdagen hebben we in het heerlijke Goa doorgebracht waar we nog steeds op onze mooie plek aan het strand tussen de palmbomen staan. Veel tigerprawns en sardines gebbqt, veel gezwommen, in de hangmat gelegen en op het strand gewandeld. Het nieuwe jaar hebben we met wat andere reizigers ingeluid met bbq en kampvuur en we hebben er nog een paar vakantiedagen aan vastgeplakt.
    Na 3 weken vakantie in onze vakantie besluiten we verder te rijden, maar eerst nog even naar Panjim om afscheid van Gustavo en zijn familie te nemen en nog was van die mooie Portugese stad te zien. Samen met de hele familie do Pinto maken we een ronde langs de kathedralen en kerken van de Middeleeuwse stad Veilha Goa ("oud Goa") en we genieten van de Portugese flair met witte gebouwen afstekend tegen de blauwe lucht. Met een biertje en op de achtergrond CNN waar India's PM Vajpayee en Pakistaans PM Musharaf elkaar voor het eerst sinds jaren de hand geven, nemen we afscheid.

    Door de binnenlanden van Goa, beboste heuvels en jungle, rijden we naar Londa. Het is warm, groen en vochtig als we weer op de Indische wegen moeten rijden. Soms gatenkaas, soms zandpiste maar we wurgen ons erdoorheen. We waren bijna vergeten hoe intensief het Indische verkeer ook weer was. We worden beloond met fantastische uitzichten over weidse akkers, rijstveldterassen, beboste heuvels en termietenheuvels die eruit zien als miniatuurtjes van Saurons burcht in Mordor.

    Boer in Hampi In de oorspronkelijke dorpjes wonen de mensen in leem- of strohuizen en al het werk wordt door de ossen gedaan. We overnachten op een truckersparking langs de weg, tussen massa's Tata-trucks. Om 5 uur s'morgens door de nachtwaker wakker geklopt en met een konvooi vrachtwagens vertrokken. Eind van de dag waren we in Hampi waar we 4 dagen in een mooi resort hebben doorgebracht.

    Hampi was 600 jaar geleden de hoofdstad van een groot Zuid-Indisch rijk en ligt in een kilometersgrote keienvlakte met enorme keien. Tussen de keienhopen liggen eeuwenoude tempels dus hebben we veel gewandeld tussen tempels en de dorpjes waar kinderen tussen de kippen rondscharrelen of op hun hurken zitten te plassen of poepen en waar grote zwerfhonden allergisch op onze honden reageren.
    Na een paar luxe dagen in het resort met goed eten en filmavonden zijn we verder gereden naar de moslimstad Bijapur.

    Via het sultansmausoleum in Bijapur zijn we naar de tempelgrotten van Ellora gereden. Dit was erg indrukwekkend en we hebben 3 dagen de tijd genomen om rond te slenteren in en rond de compleet uit rotsen gehouwen en met prachtige reliefs versierde Buddistische, Hinduistische en Jainistische tempelgrotten.
    Vanuit Ellora rijden we door naar de tempels van Ajanta omdat we nog niet genoeg hadden van tempelgrotten.
    Deze tempels uit de 2e eeuw voor Chr., uitgehakt in de kloofwand van een hoefijzervormige kloof, waren nog indrukwekkender met Buddha standbeelden en fijn gedetailleerde muur- en planfondschilderingen.

    Een grottempel in Ajanta We breken op richting Orchha en rijden een paar dagen. De landweg gaat door de binnenlanden van India waardoor we door de slechte wegen en de ossekarren maar langzaam opschieten. De wegen zijn niet oud maar door de monsoen elk jaar en het feit dat het geld voor de fundering in iemands zak verdwijnt, zitten de wegen vol grote gaten, diepe kuilen en soms is er kilometerslang geen asfalt meer. Elke 20 km zien we wel een verongelukte vrachtwagen of bus. De chauffeurs kauwen op betelbladeren en daarvan worden ze onoverwinnelijk. Langs de weg lopen veel Indische sadhu's (Hindu-priesters die de wereldse binding afleggen) gekleed in een lap stof en oranje tulband met lange baarden en beschilderde gezichten. We zien zelfs groepjes Jain priesters die helemaal poedelnaakt over straat gaan met alleen een bezempje om de mieren voor hun voeten weg te vegen. In Indore rijden we langs de eindeloze sloppenhutjes gemaakt van zwerfvuil waar ongewassen magere kinderen en volwassenen om hun kookpotjes zitten. In een weiland aan de kant van de weg ontdekken we Uwe en Bettina uit Berlijn met hun VW LT camper die we in Goa al waren tegengekomen. De rest van de dag theeleuten we terwijl de overal in India aanwezige starende Indiers in een kringetje om ons heenzitten.

    De volgende dag rijden we naar Orchha voor een tourtje langs de schitterende paleizen en kastelen van het oude Rajput koninkrijk. Schitterende binnenplaatsen omgeven door ontelbare torentjes, erkertjes en balkons. In de nog niet gerestaureerde paleizen liepen we uren trap op, trap af door het labyrint van kamers en ruimtes. De authentieke markt en het panorama over de stad Orchha met overal kasteelkoepeltjes, torentjes en tempeldaken waren fantastisch. Kan het nog interessanter? Nou ja, ze zeggen van wel; de pornotempels van Khajuraho...

    wist je dat dit mogelijk was? Hier brengen we 3 dagen door met het bezoeken van deze tempels, onderhoud aan de auto en wandelen door de omgeving. De tempels in het enorme tempelcomplex zijn van onder tot boven, van binnen en van buiten bedekt met mensen, dieren en goden in allerlei oorlogsacties en poses met her en der de bekende Kamasutra-houdingen. Voor de Indiers, normaal gesproken een erg conservatief en preuts volk, natuurlijk smullen... Toen de Britten de overwoekerde tempels in de jungle ontdekten, schijnen ze zo geschokt geweest te zijn dat ze ze meteen weer onder de planten hebben bedekt en de ontdekking eerst maar eens hebben verzwegen.

    Khajuraho Vanuit Khajuraho rijden we in 2 dagen naar Varanasi. Via landweggetjes van dorp naar dorp met irritante zelfgemaakte slagbomen van mensen die tolgeld verlangen. Officiele bonnen of prijslijsten zijn er vaak niet en toen we bij een van de laatste slagbomen geen 20 EURO wilden betalen werd de auto door een groep jonge mannen omsingeld. Een (invloed)rijke Indier heeft ons gelukkig geholpen. De rit ging door uitgestrekte gras- en bloeiende lijnzaadvelden en moerasvelden met witte reigers en pelikanen. Dit is de armste provincie van India en dat is wel te merken. Kleine dorpjes met leemhutten huisjes en arme mensen. Bij Allahabad reden we langs de kilometerslange tentenkampen voor de meer dan 15 miljoen pelgrims die voor een duik in de Ganges hier naartoe komen.

    Typische straat in Varanasi Op een grasveld achter een duur hotel in Varanasi konden we camperen. We zijn 6 dagen in Varanasi gebleven omdat het zo'n indrukwekkende stad bleek te zijn. Omdat ze bij ons hotel grote bruiloften organiseerden hadden we het geluk 2 grote Indische bruiloften bij te mogen wonen. Met Fatima en Mario uit Tuebingen (Zuid-Duitsland) bezoeken we de Ghats, de wastrappen langs de Ganges. In deze heiligste stad van de Hindus bestaat de hele westoever van de Ganges, 7 km lang uit metershoge en metersbrede stenen trappen die van de oude stad naar het water leiden. Op deze trappen word gewassen, gebeden, gezongen en baden de honderden pelgrims in het zwaar verontreinigde water. 10 meter van de badende en uit het water drinkende Hindus drijft al het afval van de stad tussen het crematieafval en dobberen er opgezwollen hondenlijken in het water. Meer dan 100 mensen worden er per dag op grote brandstapels aan de Ganges gecremeerd en in de Ganges verstrooid. Kinderen, Sadhu's en leprosi worden niet verbrand maar direct aan de Ganges gedoneerd. Hun waterlijken hebben we gelukkig niet voorbij zien drijven. Na het bezoeken van de crematie-ghats klopten we de as van onze kleren en hoewel er aromatisch hout word gebruikt bleef de geur van verbrand vlees, nagels en haren nog de hele dag in onze neus hangen.

    Uitzicht over de Ghats De andere dagen maken we een zonsopgangsboottocht over de Ganges met een schitterend uitzicht over de stadsoevers; bezoeken we een paar van de tientallen Maharaja paleizen die hier voor de te cremerende Maharaja's waren gebouwd en slenteren we door de 1,5 meter brede straatjes van de oude stad. We wurmen ons langs koeien, komen door kleine, donkere steegjes waar alle denkbare soorten handwerk worden uitgeoefend en we genieten van de ontelbare kleine tempeltjes en heilige objecten in de oude stad. Dan is het tijd om Varanasi en India te gaan verlaten.

    Na bijna 4 maanden India waar alles zo vreselijk overweldigend is zijn we toe aan een iets minder dicht bevolkt land. India was voor ons echt een fantastisch land met vriendelijke en oprechte mensen en een fantastische keuken. Wat wil je nog meer!

    Coen


      Embassy links   Language  
      Foreign embassies in Holland and Dutch embassies abroad
      Foreign embassies in Germany and German embassies abroad
      Foreign embassies in Britain and British embassies abroad
      Indian embassy in Pakistan
      Indian embassy in Nepal
      Embassy of Myanmar in India
      Embassy of China in India


      General links   Language  
      Lonely Planet World Guide: India
      MyTravelGuide - India
      World Travel Guide - India

  • Onze top 8:

    1. Goa

    2. Jodhpur

    3. Varanasi

    4. Kulu

    5. Amritsar

    6. Ajanta

    7. Orchha

    8. Hampi

    Visa:

    Visa: je krijgt een 6-maands tourist visum voor India voor USD 55 in Ankara (Turkije) binnen 2 weken.

    Dit is echter altijd vanaf uitgiftedatum, nooit vanaf de datum van inreis in India!!

    TIP:

    In Amritsar kun je parkeren bij het Bandhari guesthouse in het 10th cantonment. Wel wat duur (EUR 10), maar erg mooi.

    TIP:

    In heel Rajasthan kun je bij de RTDC-hotels voor 150 rupee (EUR 3) per nacht kamperen. Deze staatshotels zijn vaak dichtbij het centrum en hebben vaak prachtige tuinen waar je met je camper in mag.

    TIP:

    In het Kuludal kun je vlak boven Mandi in de tuin van het Dear and Dear hotel heel mooi kamperen als je er wat eet. Het eten is er goed en goedkoop.

    TIP:

    In Delhi zijn geen campings meer open!!

    TIP:

    Restaurant Ambrai in Udaipur biedt goed eten in een romantische tuin met uitzicht op het stadspaleis en de beide eilanden in het meer.

    TIP:

    Overnachtingsplekken voor campers in Midden India:

    Hampi:
    Gratis in het Mowgli-resort, zolang je er eet. Dat is echter helemaal geen straf.

    Ellora:
    Gratis bij het MTDC, zolang je er eet.

    Ajanta:
    Voor weinig bij het MTDC.

    Khajuraho:
    In het staatshotel Payal (UTDC) voor 25 Rs (EUR 0,50).

    Varanasi:
    Bij hotel De Paris in Cantt. voor 150 Rs (EUR 3)

    Bij hotel Surya in Cantt. voor 150 Rs (EUR 3)

    TIP:

    Van Khajuraho naar Varanasi kun je het best de weg via Banda, Mau en Allahabad nemen.

    TIP:

    Het snelste en beste internet van India krijg je in Varanasi bij hotel Surya in Cantt.

    TIP:

    Heerlijk eten in een schattig Italiaans restaurantje: rest. Napoli in Cantt., Varanasi, achter hotel Radisson.